Basisartsenonderzoek Capaciteitsorgaan biedt aanknopingspunten voor meer waardering en erkenning anios  

aios-gang

Het Capaciteitsorgaan heeft op 31 mei 2024 een nieuw rapport gepubliceerd over het loopbaangedrag van anios. Daaruit blijkt onder andere dat de anios-periode is gestegen van 3,4 (2022) naar 3,7 jaar. Anios zijn ontevreden over het grote aantal overuren zonder vergoeding en hebben behoefte aan support en begeleiding. De Jonge Specialist vindt dat het rapport voldoende aanknopingspunten biedt voor het creëren van meer waardering en erkenning voor anios, zodat zij voor het artsenvak behouden blijven.   

Let op: het rapport gebruikt de term basisartsen voor alle werkzame BIG-geregistreerde artsen die (nog) geen medisch of geneeskundig specialist zijn en splitst deze groep in 3 subgroepen: 1) anios – basisarts in de zorgpraktijk, 2) arts-onderzoekers en 3) aios – artsen in opleiding tot specialist. DJS gebruikt de term basisarts voor anios, arts-onderzoekers en basisartsen die hun artsendiploma hebben gehaald, maar (nog) geen specifieke vervolgopleiding volgen. 

DJS ontvangt regelmatig signalen over langer openstaande vacatures voor anios, niet-sluitende dienstroosters en vooral de vraag: waar blijft de anios? Het vorige (tweejaarlijkse) rapport van het Capaciteitsorgaan gaf in onze ogen onvoldoende inzicht in die signalen en we wilden graag nauwer betrokken zijn bij het onderzoek dat eind 2023 is uitgevoerd. We zijn daarom in gesprek gegaan met het Capaciteitsorgaan en hebben actief deelgenomen aan de begeleidingscommissie waaraan ook de NFU, NVZ, SBOH, KNMG en De Geneeskundestudent deelnamen.

Belangrijkste conclusies 

  • Er is geen toename van de groep basisartsen die buiten de zorg werkt en/of in een functie werkt waarvoor de arts-titel niet nodig is. 
  • De anios-periode is gestegen naar gemiddeld 3,7 jaar (3,4 in 2022).  
  • Arbeidsvoorwaarden, werkdruk en diensten blijken voor de meeste artsen geen primaire drijfveer. 
  • Een aantal basisartsen heeft in de anios-periode meer behoefte aan support, in de vorm van begeleiding, waardering en erkenning. 
  • In de anios-periode lijkt sprake van een zekere spanning of ‘mismatch’ tussen het aanbod van basisartsen en de vraag naar basisartsen. De ‘personal fit’ die diverse groepen basisartsen zoeken, lijkt niet altijd synchroon te lopen met de vraag van werkgevers en opleiders. Om in de raming uitspraken te doen over het eventuele tekort aan anios en toekomstige ontwikkelingen in de vraag naar basisartsen is het nodig hiernaar nader onderzoek te doen. Tevens is meer gedetailleerd kwantitatief inzicht nodig in het aantal (fte) basisartsen en de weging van de resultaten van de uitkomsten van dit onderzoek naar populatieniveau. 

De resultaten  

De vragenlijst is eind 2023 uitgezet onder alle basisartsen in het BIG-register. In het totaal hebben 5.778 basisartsen de vragenlijst ingevuld (respons van 27%), waarvan 37% anios, 10% arts-onderzoeker, 49% aios en 4% werkt niet als arts. In het onderzoek is naar de eerste drie groepen gekeken.  

De arts-assistent niet in opleiding tot specialist (anios) 

Bijna alle anios (99%) werken in de zorg, waarvan de meerderheid in het ziekenhuis. De anios zien deze periode met name als een opstap naar een aankomende vervolgopleiding. De anios geven de arbeidsvoorwaarden een 6.5, en zijn vooral ontevreden over het grote aantal overuren zonder vergoeding en de dienstbelasting. De arbeidsvoorwaarden lijken echter niet van invloed op de keuze voor de aniosplek. Daarnaast is er weinig ruimte voor leren en ontwikkelen. Op de vraag waar anios zichzelf zien werken over 5 à 10 jaar is dat vooral in de ziekenhuizen en in de huisartsenzorg.  

De arts-onderzoeker 

De arts-onderzoekers zijn tevreden over de gunstige werktijden en zien de onderzoeksperiode als mogelijkheid voor een brede professionele en persoonlijke ontwikkeling. Ze geven de arbeidsvoorwaarden een 6.3 en zijn met name ontevreden over de werk-privébalans en de erkenning van en waardering voor het werk. Van de arts-onderzoekers die al eens hebben gesolliciteerd, heeft 82% gesolliciteerd voor een medisch-specialistische vervolgopleiding. 40% is daarvoor afgewezen.  

De arts-assistent in opleiding tot specialist (aios) 

De meeste aios (70%) zijn in opleiding tot medisch specialist. De werktijden en arbeidsvoorwaarden worden niet meegenomen in de keuze voor een specialisme. Aios zijn niet positief over de werktijden (6.2 op een schaal van 10) en arbeidsvoorwaarden (5.7 op een schaal van 10). 30% van de aios heeft wel eens overwogen te stoppen met de opleiding, of is gestopt. Met als belangrijkste reden de werk-privébalans. Een andere reden die aios noemen om te overwegen te stoppen, is de (beperkte) waardering en erkenning. Een aios licht het als volgt toe: “Het werk als aios ben ik heel erg zat. Continu gaten in het rooster vullen, zeer veel administratieve (niet-uitdagende) taken. Continu te veel werk. Weinig waardering. Zeer weinig onderwijs of ruimte voor persoonlijke ontwikkeling.” 

Standpunt De Jonge Specialist 

Uit de resultaten blijkt dat het loopbaangedrag van basisartsen ten opzichte van eerdere bevindingen niet veel lijkt te zijn veranderd. Er is geen toename van de groep basisartsen die buiten de zorg wil werken. De groep basisartsen, arts-onderzoekers en aios is relatief gezien nog minstens even groot. Persoonlijke ruimte, arbeidsvoorwaarden en support beïnvloeden niet zozeer de keuze van de basisarts, maar het zijn wel factoren waar de basisarts ontevreden over is.  

Helaas geeft het onderzoek op dit moment nog onvoldoende antwoord op de vraag of we een tekort aan anios hebben. Daarvoor is verdiepend onderzoek nodig. Een belangrijke hypothese blijft dat de zorg steeds meer anios in dienst heeft. Het verschuiven van taken van de aios naar anios en de afschaffing van de 38+10 contracten in algemene ziekenhuizen heeft er mogelijk deels voor gezorgd dat vakgroepen meer anios in dienst nemen. Ook buiten de ziekenhuizen zijn steeds meer anios-vacatures, bijvoorbeeld in de huisartsenzorg. Onze hypothese is dat er dus geen tekort is aan anios, maar een relatief tekort door een toename in vacatures. Hier zal nader onderzoek voor nodig zijn.  

We zien op meerdere vlakken aanknopingspunten om mee aan de slag te gaan:  

  • Meer waardering en erkenning creëren voor het werk van de anios; veel anios worden gezien als ‘gatenvuller in het rooster’ of voor het draaien van diensten. Hiermee verlies je de enthousiaste jonge artsen van de toekomst.  
  • Meer vrijheid en autonomie bieden, zowel aan anios als aios.  
  • Een betere werk-privébalans is essentieel; ook dit onderzoek geeft weer aan dat 30% van de aios heeft overwogen te stoppen of zelfs is gestopt. Dit komt overeen met het resultaat uit onze Gezond en Veilig werken enquete uit 2022
  • Betere arbeidsvoorwaarden realiseren, voor zowel aios, arts-onderzoekers en anios; er is vooral ontevredenheid over dienstbelasting en de vergoeding van extra gewerkte uren.  
  • Loopbaanondersteuning bieden aan anios; inzichten in de kans op een opleidingsplek, transparantie over de sollicitatieprocedure en het uiteindelijke loopbaanperspectief.  

 
Hoe nu verder?  

We zullen actief in gesprek blijven met het Capaciteitsorgaan voor de raming als voor verder verdiepend onderzoek. Tegelijkertijd gaan we actief aan de slag met de bovengenoemde aanknopingspunten, bijvoorbeeld in cao-onderhandelingen en de inrichting van de aniosperiode. In de aankomend Gezond en Veilig werken enquête zullen we ook specifiek aandacht besteden aan de groep basisartsen. 

Ben jij basisarts? Weet dan dat je je bij ons kunt aansluiten, zodat wij jouw stem kunnen vertegenwoordigen. Meld je vooral aan! Ideeën? Input? Of vragen over het artikel? Mail: info@dejongespecialist.nl.  

31 mei 2024

Tags